Waarom vrijheid van meningsuiting absoluut zou moeten zijn
Dinsdag werd bekend dat rechtsfilosofe Raisa Blommestijn strafrechtelijk vervolgd gaat worden vanwege haar kritiek op migrantengeweld. Onterecht, vindt raadslid Mirko Gerrits. In deze column legt hij uit waarom de vrijheid van meningsuiting, wat hem betreft, absoluut moet zijn.
Ik wind er maar geen doekjes om, ik citeer: “Weer een blanke man op straat in elkaar getrapt door een groep negroïde primaten.” Dit was de reactie van voormalig ON-presentator en bekend politiek figuur Raisa Blommenstijn op het platform X, in reactie op een video waarin een blanke man door 15 tot 25 mensen volledig in elkaar werd geslagen en zelfs op het spoor terechtkwam. Tja, deze uitlating was zonder meer erg kwetsend en ongepast, omdat hier natuurlijk wordt geïmpliceerd dat ze een hele bevolkingsgroep veroordeelt. Het is begrijpelijk dat veel mensen, inclusief ikzelf, deze woordkeuze daarom sterk afkeuren. Echter, in reactie op een potentieel schadelijke uitspraak gebeurt er nu iets veel schadelijkers, want Raisa is voor deze uitspraak door het Openbaar Ministerie aangeklaagd voor smaad en groepsbelediging en daarmee staat onze vrijheid van meningsuiting onder druk!
Ik maak me al langer zorgen als het aankomt op de staat van dit grondrecht. Want welk recht hebben wij eigenlijk als we alleen meningen mogen hebben of uitspraken mogen doen waarmee niemand wordt geraakt? Een wereldbeeld moet nu eenmaal kunnen afwijken van de standaard, juist ook als andere mensen daar moeite mee hebben. Belediging is immers een subjectieve ervaring die gemakkelijk kan worden misbruikt. Wat de een als beledigend beschouwt, kan door een ander als gerechtvaardigde kritiek worden gezien of is simpelweg het resultaat van een opwelling. Dit maakt het moeilijk om een duidelijke grens te trekken en opent de deur voor misbruik van de wet. Individuen of groepen kunnen wetten inzetten om critici te onderdrukken. Dit wordt breder onderschreven, want organisaties zoals het European Centre for Press and Media Freedom benadrukken dat subjectieve interpretaties van belediging vaak leiden tot inconsistentie in wetshandhaving.
De vrijheid van meningsuiting is bedoeld om een open en kritisch debat te faciliteren, essentieel voor een democratische samenleving. Wanneer groepsbelediging en smaad strafbaar worden gesteld, kan dit leiden tot zelfcensuur uit angst voor vervolging. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft in verschillende uitspraken benadrukt dat vrijheid van meningsuiting niet alleen informatie en ideeën omvat die gunstig ontvangen worden, maar ook die welke kwetsen, choqueren of verontrusten.
Een duidelijk voorbeeld van de gevaren van het strafbaar stellen van belediging is de vervolging van een komiek in Duitsland voor belediging van de Turkse president Erdogan. Deze zaak toont aan hoe dergelijke wetten kunnen worden ingezet om politieke critici het zwijgen op te leggen, zelfs buiten de eigen landsgrenzen. Dit schept een gevaarlijk precedent waarin vrijheid van meningsuiting steeds verder ingeperkt kan worden.
In Nederland zien we soortgelijke problematiek. Naast het geval van Raisa zijn er andere voorbeelden waarbij mensen zijn aangeklaagd of zelfs vervolgd voor het beledigen van ambtenaren in functie of voor het uiten van kritiek op de koning, interessant omdat deze mensen dus extra beschermd worden op manieren die niet voor de gewone burger gelden. Dit roept de vraag op waarom bepaalde figuren of groepen extra bescherming nodig hebben en in hoeverre dit gerechtvaardigd is.
Laat ik hieraan toevoegen: Laster, mits bewezen dat iemand bewust liegt en niet handelt vanuit een geloof of persoonlijk dogma, heeft bestaansrecht. Echter, het strafbaar stellen van smaad en groepsbelediging zet de deur open voor een glijdende schaal van censuur.
Al met al moet vrijheid van meningsuiting absoluut worden, zelfs als dat betekent dat we soms geconfronteerd worden met onaangename of kwetsende uitspraken. Het criminaliseren van beledigende uitingen kan leiden tot een situatie waarin de grenzen van wat gezegd mag worden steeds verder worden opgerekt, uiteindelijk ten koste van het vrije debat. Vrijheid van meningsuiting moet worden beschermd, juist omdat het ons in staat stelt om onwelkome, schokkende en verontrustende ideeën te bekritiseren en te weerleggen in plaats van ze te verbieden.
Mirko Gerrits is fractievoorzitter van ZEE in Zandvoort, ondernemer en opiniemaker.