Hoe de Nederlandse politiek haar echte fouten negeert
Minister Yesilgöz, demissionair en wel, meent kennelijk de bestuurlijke ruimte en bevoegdheid te hebben om de vrijheid van meningsuiting, het belangrijkste grondrecht binnen een democratie, op een essentieel onderdeel, het recht op tegenspraak, lam te leggen. Als was dat een kwestie waarover in ons parlement alle neuzen in dezelfde richting wijzen. Onbegrijpelijk niet waar? Een kind kan inzien dat deze kwestie controversieel moet zijn. Zou de ambtenaar van dienst haar opzettelijk hebben laten struikelen?