De absurditeit van het Nederlandse asielsysteem
Het is verboden in Nederland om asielverzoeken in te trekken als asielzoeker niet bij gesprek aanwezig is. De Raad van State heeft geoordeeld dat demissionair staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel) onjuist handelde toen hij een asielverzoek van een Algerijn afwees omdat deze niet op gesprek was verschenen. De hoogste bestuursrechter van Nederland oordeelde dat er geen wettelijke basis is voor deze aanpak.
In Nederland bestaan er verschillende asielprocedures, afhankelijk van het land van herkomst. Een van deze procedures is de Algemene Asielprocedure, die uit twee gesprekken met een medewerker van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) bestaat. Tijdens het eerste gesprek wordt de aanmelding besproken. In het tweede gesprek, dat 48 weken later plaatsvindt, legt de vreemdeling uit waarom hij of zij een asielaanvraag heeft ingediend.
Het komt regelmatig voor dat asielzoekers niet verschijnen bij het tweede gesprek, waardoor deze opnieuw moeten worden ingepland. Van der Burg vond dit tijdverspilling voor zowel de medewerkers van de IND als de tolken. Daarom begon hij in 2022 in het asielzoekerscentrum in Budel met een proef waarbij asielaanvragen direct werden afgewezen als mensen niet bij het tweede gesprek verschenen.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde echter dat er geen wettelijke basis is voor deze werkwijze. Vorig jaar kwam de rechtbank Amsterdam al tot dezelfde conclusie. Dit betekent dat de afwijzing van asielverzoeken op deze grond onrechtmatig is.
Dit oordeel heeft verstrekkende gevolgen voor het asielbeleid. Het betekent dat de IND zich moet houden aan de bestaande wettelijke procedures en dat het afwijzen van asielaanvragen wegens niet verschijnen bij een gesprek niet zonder meer mogelijk is. Het oordeel dwingt de overheid om zorgvuldiger om te gaan met de procedures rondom asielaanvragen.