Leesvaardigheid scholieren daalt door massa-immigratie
De dalende leesvaardigheid van Nederlandse scholieren is mede te wijten aan de veranderende bevolkingssamenstelling, een gevolg van van decennialange massa-immigratie. Dit blijkt uit recent sociologisch onderzoek van de Radboud Universiteit Nijmegen.
De Nijmeegse socioloog Maarten Wolbers, die meeschreef aan het Nederlandse deel van het Pisa-onderzoek, waaruit blijkt dat Nederlandse tieners bijna de slechtste scores van Europa behaalden op het gebied van leesvaardigheid. Donderdag publiceerde Wolbers een vervolgstudie. Hierin komt naar voren dat ongeveer 9 procent van de afname in leesvaardigheid kan worden toegeschreven aan het toegenomen aantal leerlingen dat thuis geen Nederlands spreekt, meldt Trouw. Het aandeel van deze leerlingen steeg van 4 procent in 2003 naar 13 procent in 2022.
Wolbers onderzocht of er een verschil in schoolprestaties bestaat tussen scholieren die thuis Nederlands spreken en degenen die dat niet doen. Scholieren die thuis Nederlands spreken, scoren gemiddeld 509 punten op de toets voor leesvaardigheid, terwijl leerlingen die thuis een andere taal spreken gemiddeld 437 punten behalen. Dit verschil heeft een aanzienlijke impact, vooral in het vmbo, waar het aantal leerlingen met een migratieachtergrond groter is.
Wolbers benadrukt bij Trouw dat naast de kwaliteit van het leesonderwijs en de invloed van smartphones, ook demografische veranderingen een rol spelen in de dalende leesvaardigheid. "Na het Pisa-rapport is er veel gesproken over het leesonderwijs als verklaring voor de dalende trend. Die zorg is heel legitiem, maar daarmee vergeten we dat ook demografische ontwikkelingen van invloed kunnen zijn," zegt hij.
Een mogelijke oplossing ziet Wolbers in meer en betere taallessen voor volwassen immigranten, zodat thuis vaker Nederlands wordt gesproken.