President Raisi, de vijand van iedereen
Het nieuws over het overlijden van de president van Iran bracht een zekere opluchting met zich mee. Onder zijn bewind is Iran uitgegroeid tot een staat die vaak wordt gezien als een bedreiging voor de westerse normen en waarden. Hoewel dit een standpunt is dat velen niet hardop durven uit te spreken, deel ik deze mening met overtuiging.
Waar de moraalridders van de Europese Unie zich normaliter profileren als toonbeelden van rechtvaardigheid en mededogen, zien we nu een sinistere ommekeer: een duistere zijde, waar de ondemocratische wettenfabriek haar ware gezicht laat zien. Het aroma van geld hangt rond Iran, en daarom achtte de voorzitter van de Europese Raad, Charles Michel, het gepast om zijn condoleances en sterkte te wensen aan de familie van de president. Ik zou eerder het volk feliciteren, aangezien zij nog steeds grotendeels streven naar het historisch prachtige Perzië, waar vrijheid en vreugde heersten in plaats van onderdrukking en verderf. Condoleances zouden veeleer gericht moeten zijn aan de nabestaanden van de Iraniërs die vielen onder het bewind van de ‘Slager van Teheran’, en aan de nabestaanden van de slachtoffers van door Iran gefinancierde terroristische aanslagen wereldwijd.