Woensdag raakte VVD-Kamerlid Ulysses Ellian in opspraak toen hij verontwaardigd reageerde op een nieuwsbericht over Minister voor Rechtsbescherming Franc Weerwind (D66). Weerwind werkt namelijk aan een regeling waardoor levenslanggestraften vaker vrij kunnen vrijkomen na een reïntegratieperiode van vijf jaar. In een interview zei Weerwind dat wij eraan zullen 'moeten wennen' dat levenslanggestraften vaker vrij komen.
'Deze minister zal niet rusten voordat alle criminelen D66 stemmen. Nee wij gaan hier niet aan wennen. We moeten de positie van slachtoffers en nabestaanden centraal stellen want die hebben écht levenslang,' schreef Ellian. D66-Kamerlid Joost Sneller noemde de tweet "ranzig en staatsrechtelijk dubieus". Sneller eiste dat Ellian zijn woorden zou terugnemen, of anders een motie van wantrouwen zou indienen tegen Weerwind. Weerwind liet weten persoonlijk geraakt te zijn door de tweet van Ellian. "Ik vond het stuitend, insinuerend en het deed mij pijn," zei hij tijdens een debat.
Al snel reageerde Ellian op Sneller. Weliswaar zei Ellian dat hij het staatsrechtelijke component niet zag, maar wel schreef hij later: 'Vanochtend was ik zo nijdig toen ik het interview met de minister las, dat ik een emotionele tweet stuurde met een hard verwijt aan de minister. Ik neem die woorden terug en zal het debat verder op de inhoud voeren.'
Politici moeten woorden terugnemen
'Het tweetje waarin VVD-kamerlid Ellian de facto het vertrouwen in minister Weerwind opzegt is gewist. Denk dat we voorlopig niet veel meer horen van Ellian. Zo hard teruggefloten dat z'n oren nog wel een paar weken zullen suizen,' analyseert Barry Smit.
Vorige week was er nog een debat in de Tweede Kamer over de omgangsvormen. Partijleiders Jan Paternotte (D66) en Gert-Jan Segers (ChristenUnie) een motie in om het mogelijk te maken dat ook 'bedreiging' een reden kon zijn voor de Kamervoorzitter om een Kamerlid het woord te ontnemen. Een aantal Kamerleden was echter kritisch op de neiging van sommige partijen om steeds vaker te eisen dat collega's hun woorden terugnemen.
Zo hekelde FVD-Kamerlid Gideon van Meijeren de door hem geconstateerde 'selectieve verontwaardiging' van Kamervoorzitter Vera Bergkamp (D66). Hij zei toen: "Op het moment dat een Kamerlid hier 'fascistisch' wordt genoemd, is er niemand van de kartelpartijen die het heeft over 'een grens wordt overschreden', of die zegt van: 'Als u hem beschuldigt, moet je aangifte gaan doen.' Of: 'U moet nu al het onomstotelijke bewijs op tafel leggen.'"
Ook JA21-leider Joost Eerdmans vond dat Kamerleden niet almaar het woord moet worden ontnomen bij een 'rare of lompe opmerking'. Hij zei: "In beginsel mag iedereen hier wat ons betreft alles zeggen. Dus geen woordjes gaan verbieden, of achteraf uit de handelingen gaan schrappen. Want het is gek als je 'tribunaal', 'psychopaat' of 'burgerlijke ongehoorzaamheid' zou gaan verbieden, terwijl woorden als 'racist', 'fascist' en 'xenofoob' - die hier wekelijks de revue passeren - wel zou laten bestaan."