De Noord-Brabantse boeren kampen met enorme wateroverlast op hun akkers, vertellen ze bij De Telegraaf. Gewassen zijn ondergelopen, waardoor krachtvoer voor koeien apart moet worden geïmporteerd. Hierdoor kampen sommige boeren met tienduizenden euro's extra kosten.

Volgens hen is dit een direct gevolg van het nieuwe beleid dat wordt gevoerd door het waterschap in de regio Eindhoven, waarbij natuurbehoud voorrang krijgt op landbouw. Door natuurlijke waterlopen te herstellen en minder strak te reguleren, probeert men de oorspronkelijke waterdynamiek en daarmee samenhangende ecologische processen te herstellen. 

'Ze gaan eraan onderdoor'
In het kader van 'rewilding' moet er ruim baan komen voor de oorspronkelijke natuur in de omgeving. Maar volgens de melkveehouder Jan van de Ven maken de gemeente en de waterschap "grove fouten", vertelt hij bij De Telegraaf. Volgens hem werkt het beleid averechts: zo is de beek bij Kleine Beerze niet in zijn oorspronkelijke meander staat hersteld, maar kampt het met enorme stroomfluctuaties. Hierdoor staan de bossen 's winters onder water, terwijl de beek 's zomers uitgedroogd is.

Volgens Van de Ven vormt de wateroverlast "mentaal een ontzettende aanslag" op de lokale boeren. "Dat merk ik bij alle boeren die ik heb gesproken. Zij en hun gezinnen gaan eraan onderdoor. En je durft ook geen andere teelt meer te doen, want het risico dat het misgaat, is te groot", vertelt hij bij De Telegraaf.

Ook in de Oostvaardersplassen probeert de gemeente de 'oorspronkelijke' natuur te herstellen met 'rewilding'. Dit heeft in het verleden geleid tot massale uithongering van grote runderen in de wintermaanden, omdat er een bijvoerverbod van kracht was.