Halsema staat hoofddoeken toe bij boa's: negeert wens minister voor neutrale wetshandhavers
Na jaren van politieke discussie heeft burgemeester Femke Halsema de knoop doorgehakt: Amsterdamse buitengewoon opsporingsambtenaren (boa's) mogen binnenkort religieuze symbolen dragen, waaronder hoofddoeken. Met deze beslissing gaat de hoofdstad in tegen de wens van demissionair minister van Justitie en Veiligheid, Dilan Yesilgöz, die uniformiteit in kledingvoorschriften voor boa's nastreeft, vergelijkbaar met die van de politie.
In navolging van enkele andere gemeenten neemt Amsterdam een duidelijk standpunt in over het dragen van religieuze uitingen door ambtenaren. Burgemeester Halsema verwoordt haar besluit in een brief aan de Amsterdamse gemeenteraad, waarin ze stelt dat alle ambtenaren, ongeacht hun religieuze achtergrond, in staat moeten zijn om hun werk professioneel en onpartijdig uit te voeren. 'Daarom stelt het college dat het dragen van religieuze uitingen voor alle gemeentelijke werknemers mogelijk zou moeten zijn,' schrijft Halsema in een brief aan de Amsterdamse raad.
De beslissing van Halsema kan op de nodige kritiek rekenen. Zo schrijft het Amsterdamse JA21-raadslid Cas van Berkel: 'Amsterdammers willen neutrale handhavers, zonder zichtbare kenmerken van hun geloof. Daarom zijn in beschaafde landen uitingen daarvan verboden bij het uniform. Als je je religieuze kleding belangrijker vindt, dan een baan als boa, zoek dan ander werk.'
Ook de Amsterdamse VVD is fel tegen. 'Wij zijn tegen het dragen van religieuze uitingen. Een uniform is een uniform om een reden', aldus fractievoorzitter Daan Wijnants.