In het kader van der verkiezingen heeft Schippers een interview gegeven in Trouw. Hier deed zij een aantal opmerkelijke uitspraken, zoals over de Nederlandse zorg.
"Nederland kun je geen kapitalistisch land noemen," antwoordt ze, op de vraag of jonge Nederlanders geen woning kunnen vinden vanwege het doorgeschoten kapitalisme. "In zo’n land zou ik ook helemaal niet willen wonen. Hier hebben we een vangnet voor de zwakkeren. Het Amerikaanse zorgsysteem vind ik het slechtste van de wereld. Hier ligt iemand die werkloos is in het ziekenhuis naast de directeur van een groot bedrijf, en krijgt die tweede geen voorrang omdat hij meer geld heeft."
Schippers was zelf van 2010 tot 2017 de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Hierop heeft ze destijds grote kritiek gekregen, onder meer dat ze de zorg voor patiënten veronachtzaamde. In een lezersbrief aan De Telegraaf schrijft E. Meijer dat Schippers weliswaar de begroting binnen de afgesproken kaders te houden, maar dat zorgverzekeraars zich hierdoor wel gedwongen zagen tot 'wurgcontracten voor vrijwel alle zorgverleners', en geen extra uitgaven aan 'nieuwe behandelmethoden en of medicijnen'.
Meijer noemt Schippers 'het toonbeeld van de huidige politieke malaise', waarin geld boven de menselijke maat ging. Hij noemt haar 'de (met afstand) slechtste' VWS-minister van de afgelopen paar jaren, 'zeker vanuit het perspectief van de patiënt'.
Bovendien kwam Schippers tijdens haar ministerschap meermaals in opspraak vanwege vermeende belangenverstrengeling, bijvoorbeeld door onvermelde contacten met de tabaksindustrie, en fraude in de zorg. Vooral door haar werk in de gezondheidszorg kon ze rekenen op kritiek: Zondag Met Lubach maakte er destijds een uitgebreid item over. Uiteindelijk overleefde Schippers drie moties van wantrouwen in de Tweede Kamer.