In een begrotingsdebat eind vorig jaar over Infrastructuur en Waterstaat hekelde Baudet de steeds verder gaande overheidsregelgeving voor burgers in het verkeer. Hij ziet deze beperkende verkeersmaatregelen, zoals verkeersbordjes, stoplichten, drempels en flitspalen, als een vrijheidsinperking. Bovendien staan ze volgens hem symbool staan voor het algemene beperkende overheidsbeleid.
Bovendien blijven de inperkingen niet zonder gevolgen, stelt Baudet. Ze brengen volgens hem namelijk "geknotte bomen, geknechte mensen, gekooide tijgers" als burgers voort. Daarom wil Baudet dat veel 'zinloze' regels worden geschrapt, te beginnen met de trajectcontroles. Volgens Baudet is hun effectiviteit op de verkeersveiligheid namelijk niet onomstotelijk bewezen, en hebben ze juist een negatieve invloed op de burger.
In het debat zegt hij: "Twee jaar geleden stelde ik Kamervragen over de effectiviteit van trajectcontroles. De minister moest toegeven in zijn antwoorden dat er geen enkel onderzoek is verricht naar het effect van die trajectcontroles op verkeersveiligheid. Het doel was puur afdwingen. Ik citeer: 'Trajectcontrolesystemen worden geplaatst om de naleving van de maximumsnelheid te verbeteren.' Onderzoek naar het effect op de verkeersveiligheid zou te ingewikkeld zijn. En het zou bovendien haar doel voorbijschieten, aldus de minister, want — en ik citeer weer — 'in zijn algemeenheid geldt dat bij gelijkblijvende omstandigheden een hogere gemiddelde snelheid gepaard gaat met een hoger risico op ongevallen'."
Baudet vervolgt: "Dat is nogal een grappige redenering. Dus wat het negatieve effect is van trajectcontroles op het levensgeluk, op de snelle doorstroom, op de economie, op de ziel van de mens, daar wordt allemaal geen rekening mee gehouden. Het wordt allemaal afgedaan met een cliché als: in zijn algemeenheid weten we dat je, als je langzamer rijdt, minder ongelukken maakt. Kom op! Als je nooit autorijdt, maak je nooit ongelukken. Wauw!"