Minister Hugo de Jonge heeft een dringende oproep gedaan aan gemeenten in Nederland, zij moeten meer tempo maken met het huisvesten van statushouders. Hij doet de oproep omdat het aantal statushouders in asielzoekerscentra flink toeneemt.
De Jonge is bezorgd om het tempo van het huisvesten van asielzoekers in Nederland. Volgens de minister hebben de nieuwe maatregelen, zoals de maatregel om statushouders versneld te huisvest, nog te weinig uitgehaald: "De uitstroom uit de opvang neemt wel iets toe, maar niet genoeg", vertelt de minister in een interview.
Ook andere maatregelen hebben nog niet altijd de gewenste resultaten, waardoor de minister zich genoodzaakt voelt om gemeenten een duwtje in de rug te geven: "Dus we moeten de druk op de ketel houden en tempo maken in het huisvesten van statushouders. Als we dat niet doen, en dat is wat je ziet, dan is er dus meer ruimte in de asielopvang nodig."
Ondanks de tegenvallende resultaten blijft het doel om 20.000 statushouders dit jaar te huisvesten staan: "Ze moeten in ieder geval die doelstelling halen. We zitten nu nog niet op koers voor die 20.000 voor de kerst en dat betekent dat alle gemeenten een tandje bij moeten zetten. Daarover heb ik gesproken met de commissarissen van de koning en de gedeputeerden, die zijn in intensief overleg met gemeenten om dat extra tandje bij te zetten. Want het is nodig."
PVV dient Kamervragen in
De PVV heeft naar aanleiding van de opmerkingen van Hugo de Jonge een reeks Kamervragen ingediend. Alexander Kops is van mening dat de minister Nederlanders op de laatste plaats zet.
'Gelukzoekers krijgen mét voorrang een woning én een vergoeding voor de inrichting. Wat Nederlanders zonder woning krijgen, is een doorverwijzing naar de daklozenopvang. “Gelukzoekers eerst, Nederlanders laatst” — dat is het motto van Hugo de Jonge', schrijft Kops.
In een van de Kamervragen vraagt Kops aan de minister hoe hij dit beleid uitlegt en verantwoordt richting Nederlandse woningzoekenden.